Wetenschappelijk onderzoek
Anders dan in wetenschappelijk onderzoek naar de synthese en analyse van superzware elementen is er geen toepassing voor einsteinium.
Naam
Dit element is vernoemd naar Albert Einstein, bekend als de grondlegger van de relativiteitstheorie en van zijn formule E=mc2 voor het verband tussen massa en energie. Einstein kreeg in 1921 de Nobelprijs voor natuurkunde, maar hij is ook van grote betekenis geweest voor de scheikunde. Met zijn publicatie uit 1905 over de Brownse beweging verstevigde hij het fundament onder het concept van de 'kleinste deeltjes', de atomen en moleculen. Verder stond hij aan de wieg van de quantummechanica die het mogelijk maakte de opbouw van atomen te doorgronden, en daarmee de structuur van het periodiek systeem.
Ontdekking
Einsteinium werd in 1952 gevormd bij de kernexplosie 'Ivy Mike' op het eilandje Eniwetok, onderdeel van de Marshall eilanden in de Stille Oceaan. Dit betrof de eerste proef met een waterstofbom (of H-bom). Zo'n bom krijgt zijn explosieve energie uit de fusie van waterstofisotopen, nadat hij is 'aangestoken' met een meer traditionele kernexplosie gebaseerd op de kernsplijting van uraan.
Het eerste einsteinum is aangetroffen op speciale filters, meegenomen door vliegtuigen die door de explosiewolk vlogen. Een team van Albert Ghiorso en medewerkers bij de University of California in Berkeley waren de eersten die het aantroffen. Later werd het ook door onderzoekers van de Argonne en Los Alamos National Laboratories gedetecteerd in andere monsters van de fallout van de kernexplosie. Zo waren uiteindelijk zestien wetenschappers betrokken bij de identificatie van het nieuwe element, waarvan uiteindelijk minder dan tweehonderd atomen werden 'gezien'.
Einsteinium was bij de explosie ontstaan op plaatsen met de hoogste neutronendichtheid, waar zeer zware uraanisotopen ontleedden tot een aantal transuranen, waaronder 253Es:
238
92U + 15n ??? 253
98Cf + 6e
253
98Cf ??? 253
99Es + e
Voorkomen
Einsteinium komt in de natuur niet voor.
Bereiding
De isotopen 253Es en 254Es zijn op milligramschaal te bereiden in kernreactoren met hoge neutronendichtheid, of door in hoog-energetische deeltjesversnellers uranium te beschieten met koolstofionen.