Toepassingen
Voor het synthetische, radioactieve element rutherfordium zijn geen toepassingen.
Naam
De naam rutherfordium is een eerbetoon aan Ernest Rutherford, opsteller van het naar hem genoemde atoommodel en Nobelprijswinnaar voor scheikunde in 1908.
Ontdekking
Rutherfordium is in 1964 voor het eerst gemaakt in het Instituut voor Kernonderzoek in Dubna (Rusland). Wetenschappers van de Universiteit van Californië in Berkeley (Verenigde Staten) maakten het element in 1969, maar konden daarbij de Russische resultaten niet reproduceren.
In de negentiger jaren woedde een heftige discussie over de erkenning van de ontdekking van het element. De officiële commissie van de internationale chemie- en natuurkundeorganisaties IUPAC en IUPAP vond in 1992 dat beide groepen evenveel eer toekwam. De Amerikanen claimden echter meer credits en verweten de Russen gerommel met de onderzoeksdata. Toch werd in 1994 door de IUPAC voorgesteld het element dubnium te noemen, naar de plaats van het Russische laboratorium.
Met de toekenning in 1997 van de naam rutherfordium - op voorstel van de Amerikanen - lijken deze achteraf het gelijk enigzins aan hun zijde te krijgen. Tegelijkertijd werd overigens een ander element wél naar Dubna vernoemd: element 105 heet sinds 1997 dubnium.
Voorkomen
Het synthetische element rutherfordium komt in de natuur niet voor.
Bereiding
De Russen maakten het element door plutonium te beschieten met neon-ionen:
- 242
94Pu + 22
10Ne --> 259
104Rf + 5n
de Amerikanen door beschieting van 249Cf met 12C:
- 249
98Cf + 12
6C --> 257
104Rf + 4n
Ondanks de zeer korte halveringstijd van 0,1 sec was het mogelijk de chemische eigenschappen vast te stellen; rutherfordium heeft overeenkomsten met zirkonium en hafnium.